Over 'Onklare taal'

'Onklare taal' is de verzamelnaam van diverse tekstprojecten van mijn hand. Dit is de poëzieafdeling daarvan. Hier kan je zowel de laatste nieuwe gedichten als ook een selectie van oudere gedichten vinden. De weg een beetje kwijt? Deze link brengt je terug naar de homepage van 'Onklare taal'.

Overigens kan je hier gratis mijn poëziebundels downloaden in PDF-formaat: 'Epicentrum' (2012), 'Synaeresis' (2012), 'Subductie' (2013), 'Enceladus' (2015), 'Volterra' (2017), 'De snelheid van de duisternis' (2019) en 'Indiscrete wiskunde' (2021). Behalve 'Synaeresis', dat één verhalend gedicht is in twee delen, bevatten de anderen telkens een 30-tal geredigeerde en zorgvuldig geselecteerde gedichten, met duiding en een nieuwe indeling. In 2020 verscheen mijn debuutroman 'Fragmentariërs'. In 2023 bracht ik de opvolger 'Constellatie' uit.

dinsdag 1 april 2014

Ronald De Smul (II)

Enkele maanden nadien zat er een klant tegenover mij die eigenaar was van diverse KMO's in Oost- en West-Vlaanderen. Ze zocht een sitemanager voor een duurzame schrijnwerkerij, maar wilde persoonlijk het profiel komen toelichten van het type manager waar ze op zoek naar was.
"Goed, mevrouw Deroose, ik luister."
Agnes Deroose was begin de vijftig, en gepokt en gemazeld in het zakenleven. Ze droeg een neutraal donkerblauw, en had een kleine, kritische mond.
"Ik hoop dat ik op uw discretie kan rekenen."
"Dat spreekt."
"We zoeken een sitemanager voor onze schrijnwerkerij in Evergem, maar liefst iemand die zo slecht mogelijk in het profiel past."
Ik trok een wenkbrauw op.
"Waarom, als ik vragen mag?"
Deroose stond zichzelf een cynisch glimlachje toe.
"De bedoeling is dat het aanwezige personeel ofwel in opstand komt, ofwel vanzelf vertrekt. Dan kunnen we de vestiging sluiten, de manager ontslaan en de assets bij onze poot in Gent voegen."
"Daar heeft u toch geen slechte manager voor nodig?"
"Bij de overname stond in het contract dat we enkel de assets mochten verplaatsen of de vestiging mochten sluiten indien het personeel ermee akkoord ging. De manager mocht overigens geen persoon zijn die op één of andere manier met mij of met de rest van de firma verbonden was."
"Zo," zei ik, terwijl ik nadacht, "ik begrijp het. En u bent ook verplicht te tonen dat u met ons heeft gewerkt, zodat er van opgezet spel geen sprake is. U zoekt een creatieve oplossing."
Weer dat glimlachje.
"Zoiets."
"Wel, ik heb misschien wel de geknipte man voor u," zei ik traag. Het beeld van Ronald De Smul doemde op in mijn gest, met mayonaisevlek en vettige bril en al. Ik maakte een aantal afwegingen. De schrijnwerkerij in Evergem helpen kapotmaken was niet goed voor onze kortetermijnbusiness, maar het zou niet de eerste keer zijn dat we gevraagd werden een minder geschikte kandidaat naar voren te schuiven om langetermijnbelangen veilig te stellen. Agnes Deroose was bovendien een vaste klant.
"Zijn naam is Ronald De Smul. Hij vindt zichzelf een fantastische potentiële manager, maar ik geef u op een briefje dat hij binnen de maand geheid conflicten krijgt met iedereen."
"Indrukwekkend dat u zijn naam uit het hoofd kent," zei Deroose.
"Wel, je komt niet elke dag zo'n man tegen," zei ik. Ze glimlachte, deze keer oprecht.
"Zal ik hem even bellen?" stelde ik voor. Ze knikte. Ik zocht zijn profiel op en toetste zijn nummer in. Een vaste lijn. Het paste bij het beeld dat ik al van hem had. Een vrouwenstem antwoordde na twee keer overgaan.
"Hallo? Ben ik bij het huis van Ronald De Smul? U spreekt hier met Diederik Olyslaeghers van het managementselectiekantoor Aleph Direct."
"Ah. Ik ben zijn moeder. Ik zal hem eens roepen. Ronald!"
Ik zette de telefoon op luidspreker. Na wat gestommel kwam De Smul aan de lijn.
"Hallo meneer De Smul! Kent u ons nog?"
"Ja, ja natuurlijk," antwoordde hij, "van het managementbureau."
"Precies," zei ik, "Heeft u momenteel al werk? Want we hebben hier mogelijk een baan voor u."
"Ik ben geïnteresseerd," zei hij. Aan de telefoon klonk hij nog onaangenamer dan in werkelijkheid. Om de één of andere reden moest ik denken aan ajuinen.
"Ik heb hier bij mij mevrouw Deroose van Soto Logistics. Zij kan zelf best de jobinhoud omschrijven."
Ik gaf de telefoon door aan Deroose. Die schetste kort de baan, de verantwoordelijkheden en het voorgestelde loonpakket. Net als ik dacht ze allicht dat De Smul geen onraad zou ruiken. Toch kwam even het vermoeden naar boven dat we hem onderschat hadden, toen het lang stil bleef aan de lijn.
"En... hoe zit het met extralegale voordelen?" vroeg hij.
"Er hoort vanzelfsprekend een smartphone bij met abonnement, en een ruime bedrijfswagen."
"Ja maar ik heb geen rijbewijs," zei hij, "Kan dat ook in openbaar vervoer omgezet worden?"
"Natuurlijk."
Deroose trok grote ogen naar me.
"En nog een vraag: heb ik een secretaresse?"
Deroose trok nu een grimas.
"Nee, daar is de vestiging te klein voor."
"Goh, nochtans, u zei dat er 18 man werkt. Dat is toch al iets."
"Daar hoort traditioneel geen secretariaat bij."
"Ja, maar ik ben geen man van traditie!" lachte hij.
Ik sloeg met mijn hand tegen mijn voorhoofd.
"Ik hoop dat dat voor u geen dealbreaker is," zei Deroose, "want anders kan ik u niet verderhelpen."
"Mja."
Het bleef weer even stil.
"Kijk, spijtig dan," zei De Smul, "Het zal niet voor vandaag zijn."
Ik gebaarde aan Deroose om me de hoorn terug te geven.
"Meneer De Smul? Ik zou dit aanbod toch ernstig in overweging nemen als ik u was."
"Maar u weet toch wat ze zeggen? Nooit op het eerste aanbod in gaan!" kraaide De Smul triomfantelijk in m'n oor. Ik zuchtte.
"Kom, er moet toch nog te onderhandelen vallen," zei hij opgewekt, "We hebben het nog niet gehad over kantoorinrichting, kilometervergoeding, tankkaart, kredietkaart, enzovoort!"
Ik wisselde een blik uit met Deroose.
"Dat zal ook niet gebeuren, vrees ik."
Ik haakte af. Ronald De Smul was het daar duidelijk niet mee eens, want hij belde onmiddellijk terug. En hij bleef terugbellen, elke dag om twee na drie in de namiddag, telkens één poging.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten